Meestgestelde vragen over de BTW verlaging podiumkunsten

22-6-2012

Onlangs werd bekend dat de BTW verhoging op podiumkunsten welke in 2011 is ingevoerd, wordt teruggedraaid. Vooruitlopend op de wetgeving publiceerde de Belastingdienst een besluit waarin wordt goedgekeurd dat vanaf 1 juli voor podiumkunsten het verlaagde btw-tarief van 6% geldt. Het verlaagde tarief mag vanaf 25 mei worden toegepast op podiumkunsten die na 30 juni 2012 plaatsvinden. Na publicatie en verspreiding van het bericht, ontvingen we diverse vragen over de toepassing van dit besluit. CLC-VECTA heeft daarom de antwoorden op de meest gestelde vragen op een rij gezet.

Is het verlaagde tarief van toepassing op DJ’s?
De vraag of voor DJ’s het 6% tarief gehanteerd dient te worden, hangt samen met de vraag of een dj/vj een artiest is. Daarover is het volgende geschreven: als er een artistieke prestatie wordt verricht, is sprake van een artiest. In een besluit van 27 november 2006 is daarover het volgende gezegd: “Een dj brengt naar eigen artistiek inzicht geselecteerde muziek van (delen van) geluidsdragers in een zelf gekozen volgorde voor een publiek ten gehore, al dan niet onder toevoeging van live-elementen zoals muziekinstrumenten, vocalen en samples. In de rechtspraak wordt bij de beoordeling van de artistieke prestatie veel waarde gehecht aan maatschappelijke opvattingen en spraakgebruik. Met inachtneming daarvan zijn dj’s die op danceparty’s, festivals, poppodia en dergelijke optreden thans zonder meer als artiest aan te merken.”

Dit is alleen anders als de dj/vj een VAR kan overleggen, in loondienst werkzaam is of als de bijdragen van de dj’s e.a. van ondergeschikte betekenis zijn.

Dien ik de verlaging met terugwerkende kracht aan te passen? En hoe zit het met de ingangsdatum BTW-verlaging voor entreegelden?
Hoe zit het met de voorverkoop van entreekaarten als de BTW-verlaging die per 1 juli 2012 ingaat? De datum van het optreden is het moment van de belastbare prestatie, dus voor optredens van vóór 1 juli geldt nog 19% BTW en voor optredens vanaf 1 juli geldt 6% BTW. Maar art. 13 Wet OB bepaalt dat de BTW al verschuldigd is als de vergoeding wordt ontvangen, hetgeen betekent dat bij voorverkoop de BTW al moet worden afgedragen. Maar dan wel tegen het BTW-tarief dat hoort bij de datum van het latere optreden.

Als reeds 19% BTW is afgedragen over voorverkoop voor optredens vanaf 1 juli a.s., mag dit worden herrekend en het verschil op een volgende BTW-aangifte worden verminderd. Mochten er facturen zijn uitgereikt, waarop de BTW gespecificeerd is vermeld, dan moeten die facturen wel worden herzien, want specifiek in rekening gebrachte BTW is altijd verschuldigd en kan niet zomaar herrekend worden.

Welke aanpassing moet ik doen indien de opdrachtgever niet BTW-plichtig is?
De nota’s voor dergelijke opdrachten zijn inclusief de op dat moment van toepassing zijnde BTW. Als de BTW heffing verandert (in het onderhavige geval dus verminderd wordt) kan daar op verschillende manieren mee om worden gegaan. Je kunt de contractsom aanpassen door op de te leveren diensten het verlaagde tarief toe te passen. Dat betekent dus concreet: aanpassen van de overeenkomst en aanpassen van de factuur als deze reeds verstuurd is (creditnota plus nieuwe factuur).

Je kunt je opdrachtgever ook het voorstel doen de dienstverlening te vergroten ter hoogte van het verschil in BTW. Hiertoe dient het contract te worden aangepast. Indien reeds een factuur is verzonden dient deze ook te worden aangepast door het zenden van een creditnota en een nieuwe factuur. Hoewel het de verantwoordelijkheid van de ondernemer is, is CLC-VECTA van mening dat de veranderde omstandigheden te allen tijde aan de opdrachtgever gemeld dienen te worden waarna overleg kan plaatsvinden dat leidt tot voor alle partijen aanvaardbare oplossingen.

Zoeken in nieuws

 

Zoekterm

Kennispartners & preferred suppliers