Bronaanpak ter voorkoming van gezondheidsschade door dragen van lasten
Ondanks de aanwezigheid van diverse hulpmiddelen vindt dragen van lasten nog plaats. De hierna opgenomen aandachtspunten moeten worden opgevolgd om te komen tot verdere vermindering van draagbelasting.
Blootstelling aan fysieke belasting wordt bij de bron aan gepakt door:
Materialen
Er wordt gebruik gemaakt van lichtere materialen en beperkte omvang om de zware lasten te dragen te voorkomen / verminderen.
Vastgesteld wordt of op een locatie aanvullende maatregelen nodig zijn om dragen te voorkomen/verminderen. Daarbij kan een nadere beoordeling met de Mital methodiek helpen. (Arbobesluit art 5.3 b)
Werkmethode werkplaats
Materiaal wordt met hulpmiddelen in/uit de opslag gelegd en uitgehaald, zoals een heftruck of elektrische palletheffer, steekwagens, meubelwagens.
Spuiterij
Werkmethode op locatie
Collectieve maatregelen ter voorkoming van gezondheidsschade door dragen van lasten
Als bronaanpak niet mogelijk is dan treffen we collectieve beschermingsmaatregelen, waarbij fysieke belasting veelal door technische hulpmiddelen wordt verminderd.
Voorlichting
Aan werknemers (inclusief de mogelijke ZZP-er) die werk doen waarbij sprake is van het handmatig tillen en dragen van lasten of het werken in een ongunstige werkhouding wordt doeltreffend voorlichting en onderricht gegeven over de juiste werkmethoden. De volgende punten zijn hierbij van belang:
Betrek een deskundige (bijv. een ergonoom van uw arbodienstverlener) bij het zoeken naar oplossingen en het geven van instructies voor ergonomisch verantwoorde werkhoudingen.
(Arbobesluit art 5.5 voorlichting)
Inrichting van de werkplek en werkomgeving
De werkomgeving is zodanig ingericht dat materiaal als plaatmateriaal; planken; frames en technische producten voor de projecten om veilige wijze verplaatst kunnen worden van een magazijn naar een werkplek en naar andere ruimten als spuitcabine en opslag voor transport zonder aanvullend tillen/dragen.
Vloeren zijn gelijkmatig zonder drempels opdat rollend materieel zonder hinder verplaatst kan worden. Bij hellingen op een locatie wordt elektrisch aangedreven hefmiddelen gebruikt.
Dit betreft ook de transportroutes op een tentoonstellingslocatie vanaf de vrachtwagen naar een opbouwstand of podium. Bij mogelijk ongelijke oppervlakken zoals een grasveld op een evenementenlocatie wordt voor het horizontaal transport rijplaten gebruikt en materialen zo dicht als mogelijk aangevoerd.
Ter plekke van een werkplek in de werkplaats is de vrije ruimte voldoende afgestemd op de afmetingen van de te bewerken materialen en kan direct bij de werkplek geplaatst worden om dragen te minimaliseren.
(Arbobesluit art 5.3 a)
Organisatorische maatregelen
Nadere beoordeling draaglast
Bij het bepalen of er sprake is van fysieke belasting door dragen wordt de lichamelijke belasting in relatie met de kenmerken (gewichten; omvang; gewichtsverdeling) en de wijze van uitvoering van tillen/dragen (o.a. de houding; afstand waarover getild wordt) nader beoordeeld.
Mital methode
Er is een rekenmethode, namelijk de Mital-methode, waarmee je het maximale draaggewicht kunt berekenen in relatie met de draagafstand.
Het uitgangspunt is dat er maximaal 20 kg gedragen wordt.
Boven de 20 kg is dragen niet toegestaan. Hier zijn altijd hulpmiddelen als hefmiddelen nodig.
Onder de 20 kg wordt de berekening met de Mital-methode toegepast om te bepalen wat het maximaal toelaatbare draaggewicht wordt. Daarbij zijn de variabelen de draagafstand, -hoogte en -frequentie. Bovendien is het één of tweehandig dragen medebepalend. Met behulp van deze variabelen kun je een maximaal toelaatbaar draaggewicht berekenen.
Bijvoorbeeld bij een draagafstand tot 8 meter en verder onder goede omstandigheden is een maximale draaglast 15 kg.
Onder minder goede omstandigheden en een grotere draagafstand wordt het gewicht lager.
Daarom het eerder aangegeven belang om producten zo dicht mogelijk bij de werkplek te brengen om dragen te verminderen en het gebruik van hulpmiddelen als rollend materieel om de afstand nog lader te maken. In dien alsnog gedragen moet worden dan ten hoogste het berekende gewicht en met 2 handen de last dragen.
(Arbobesluit art 5.3 b)
Betrek een deskundige (bijv. een ergonoom van uw arbodienstverlener) bij het gebruik van deze methoden en het zoeken naar oplossingen.
Individuele maatregelen ter voorkoming van gezondheidsschade door dragen
Persoonlijke beschermingsmiddelen
Pas in laatste instantie zetten we persoonlijke beschermingsmiddelen in. Daarbij gelet op het volgende:
ZZP-er
Om aan de door de Tentoonstellingbouw opgenomen beheersmaatregelen over fysieke belasting door dragen te voldoen is een voorlichting/instructie noodzakelijk. Dit zal vooraf de start van de inhuur /werkzaamheden gebeuren.
Betrek de ZZP-ers ook bij interne instructies voor eigen medewerkers over gezondheidsrisico’s van fysieke belasting door tillen en de benodigde beheersmaatregelen ter voorkoming van gezondheidsbelasting.
Zorg ook voor interne vastlegging en ondertekening.
(Arbowet art 19 1ste lid)
Zwangeren
Om fysiek belastende werkzaamheden ineen werkplaats als wel op locatie voor zwangeren door het dragen van onderdelen en objecten bij de fabricage; montage en demontage van o.a. tentoonstellingsstands etc. en gereedschappen te beperken de volgende maatregelen treffen:
Gedurende de gehele zwangerschap
Vanaf de 20ste week
Gewichten van meer dan 5 kilogram mogen niet meer dan 10 keer per dag met de hand worden getild.
Vanaf de 30ste week
Gewichten van meer dan 5 kilogram mogen niet meer dan 5 keer per dag met de hand worden getild.
(Arbobesluit art 1.42 1ste; 2de; 3de lid; Organisatie van de arbeid; art 5.13a - b,c,d)