Maatregelen

Als we mogelijke incidenten als gevolg van het werken met machines niet kunnen beperken door het bij de bron aan te pakken, dan treffen we eerst collectieve beschermingsmaatregelen.
Te treffen maatregelen:
•    Er moet goede praktische instructie zijn die schriftelijk beschikbaar is. Onderhoudsvoorschriften en gebruiksaanwijzing moeten in de taal van de gebruiker beschikbaar zijn en in ieder geval in de Nederlandse taal.
•    Er dienen veilige werkmethoden te worden gehanteerd bij werkzaamheden met houtbewerkingsmachines.
•    Er moet toezicht worden gehouden op het naleven van werkwijzen.
•    Ter beschikking gestelde hulpmiddelen moeten worden gebruikt, zoals een duwhout bij bijvoorbeeld cirkel- en lintzaag.
•    Er dient voor goede verlichting te worden gezorgd.
•    Periodiek onderhoud en keuring moeten worden uitgevoerd en vastgelegd in het logboek dat bij de machine hoort.
•    De noodstopvoorziening moet binnen handbereik zijn (bedieningsplaats c.q. werkplek aan de machine).

Als aanvulling op de collectieve maatregelen, zijn er ook individuele maatregelen die de werknemer zelf kan toepassen. Daarbij moet je denken aan:
•    Voer voor aanvang van de werkzaamheden een LMRA (last Minute Risico Analyse) uit.
•    Draag goed aansluitende kleding, houd de kleding gesloten en voorkom daarmee nagrijpen van bijvoorbeeld wijde mouwen.
•    Het is niet toegestaan handschoenen te dragen bij het werken met houtbewerkingsmachines. Met name de machines met handmatige doorvoer geven extra risico's op nagrijpen.
•    Afval bij de machine direct in de daarvoor bestemde containers deponeren.

Om er zeker van te zijn dat je als bedrijf alles in het werk hebt gesteld om veilig met machines te (kunnen) werken, kun je de volgende tips volgen:
1. Geef met regelmaat (en aantoonbaar) voorlichting en instructie aan medewerkers over het veilig werken met machines (arbeidsmiddelen). Daar vallen ook nieuwe medewerkers, ZZP-ers, leerlingen, stagiaires en uitzendkrachten onder.

2. Borg dat er periodiek onderhoud en keuring van de machines plaatsvindt. De frequentie is afhankelijk van het gebruik (intensiteit) van de machine en hetgeen de fabrikant heeft voorgeschreven.

Wanneer collectieve / individuele beschermingsmaatregelen niet toereikend zijn, maken we gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen.
Voorbeelden:
•    Gehoorbeschermingsmiddelen (kappen, doppen, otoplastieken)
•    Adembescherming (stof). Type P3.
•    Oogbescherming (veiligheidsbril verspannende werkzaamheden)
•    Veiligheidsschoeisel.