Functiefamilie: Planning en logistiek
MAGAZIJNMEDEWERKER II | |
Context De magazijnmedewerker II komt voor in de standontwerp-, standbouw-, interieurbouw-, rental en evenementenorganisaties en ‑toeleveranciers, in het magazijn en op de laaddoks. Er is sprake van een overzichtelijk magazijn, met vaste opslaglocaties. De magazijnmedewerker II is gericht op de juiste en tijdige verwerking en inslag-, opslag- en/of uitgifte van goederen. Hij krijgt hiertoe gerichte (werk)opdrachten, waarbij hij kan terugvallen op een vakinhoudelijk leidinggevende (op afstand). Binnen het werkterrein is sprake van administratieve en visuele (kwaliteits)controle, voorbereiding van transport op een zo efficiënt mogelijke belading, met oog voor de (te behouden) kwaliteit van goederen. Hij/zij is bevoegd tot het zelfstandig aanpassen (en administratief doorvoeren) van opslaglocaties op basis van ervaring en omloopsnelheden. De magazijnmedewerker wordt onderscheiden op drie niveaus. De verschillen tussen de magazijnmedewerker I, II en III zijn uitgewerkt in de bijlage met Niveau-onderscheidende Kenmerken (NOK). |
|
Organisatie Direct leidinggevende: vakinhoudelijk leidinggevende Geeft leiding aan: niet van toepassing |
|
RESULTAATGEBIEDEN | RESULTAATINDICATOREN |
|
|
|
|
|
|
|
|
BEZWARENDE WERKOMSTANDIGHEDEN | |
- werken in een belastende houding bij het uitvoeren van (ontvangst)controles en het uit stellingen nemen van artikelen (bukken, buigen, reiken); - krachtsuitoefening bij het verplaatsen, stapelen van onderdelen en elementen; - kans op letsel door beknelling, botsingen. |
|
SALARISGROEP 3 |
Functiefamilie: Planning en logistiek
MAGAZIJNMEDEWERKER II |
Kennis en ervaring - MBO werk- en denkniveau (logistieke richting); - kennis van gehanteerde processen, procedures, administratieve systemen voor diverse logistieke deelprocessen; - beschikt over heftruckcertificaat; - kennis van veiligheid en arbo-instructies en -regelgeving. |
COMPETENTIES EN GEDRAGSVOORBEELDEN |
Accuratesse Gedurende langere periode nauwkeurig en zorgvuldig werken, met oog voor detail, gericht op het voorkómen van fouten en slordigheden, zowel in eigen als andermans werk. - is nauwkeurig in de afwerking van taken; - hanteert een checklist ter ondersteuning van de uitvoering van werkzaamheden; - maakt weinig fouten. |
Betrouwbaarheid Nakomen van gemaakte afspraken en de consequenties ervan aanvaarden. Bij in gebreke blijven de gevolgen voor eigen rekening nemen en nadelige gevolgen voor anderen zo goed mogelijk wegnemen. - handelt volgens opdracht en volgens instructies: - weet wat gedaan moet worden en hoe het gedaan moet worden; - gaat zorgzaam om met gereedschappen en materialen. |
Samenwerken Een actieve bijdrage leveren aan het werk voor gemeenschappelijke doelen, ook wanneer dat geen direct persoonlijk belang dient. Daartoe de onderlinge communicatie bevorderen. - wisselt actief ervaringen uit met collega’s; - streeft een gemeenschappelijk doel na, zonder het eigenbelang hierbij voorop te stellen; - stelt zich collegiaal op en is coöperatief. |
Voortgang bewaken Effectief controleren van de voortgang in eigen werk, met de beschikbare tijd en middelen. - plant en organiseert de werkzaamheden op zo’n wijze dat de gemaakte afspraken worden behaald; - controleert eigen werk; - signaleert tijdig bij afwijkingen. |
Stressbestendigheid Effectief blijven presteren onder tijdsdruk, bij tegenslag, teleurstelling of tegenspel. Daarbij kalm en in het belang van de zaak reageren. - blijft bij tegenslagen kalm en effectief en handelt in het belang van de zaak; - blijft gestructureerd werken wanneer mensen tegelijk een beroep doen op dienstverlening; - blijft goed functioneren onder snel veranderende of belastende omstandigheden. |
Dit document (functie-eisen en competentieprofiel) heeft geen invloed op het functieniveau.