Minder Polen, meer Duitsers en Zuid-Europeanen aan het werk in Nederland

18-9-2013

Het aandeel Polen onder de arbeidsmigranten dat via uitzendbureaus in Nederland werkt, neemt af. Het aantal Duitse, Spaanse en Portugese flexkrachten neemt juist toe. Dat blijkt uit een onderzoek van de brancheorganisatie van uitzendondernemingen (ABU) onder zijn leden. Ook blijkt uit het ABU-onderzoek dat de animo van uitzendondernemingen voor Roemenen en Bulgaren gering is. “Dat heeft ook een zorgelijke kant”, aldus Jurriën Koops, directeur Sociale Zaken van de ABU. Maandag 9 september zal hij bij een bestuurlijke top over arbeidsmigranten deze zorg delen met onder andere de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Het overgrote deel van de arbeidsmigranten in Nederland heeft de Poolse nationaliteit maar het aandeel dat via de reguliere uitzendsector in ons land aan het werk gaat, daalt. In de afgelopen drie jaar liep dit aandeel met een kwart terug (van 91% naar 65%), zo blijkt uit de ABU-cijfers. De uitzendkoepel neemt een relatieve toename waar van arbeidsmigranten uit Duitsland, Spanje en Portugal. Ten opzichte van eerdere metingen is het aandeel flexmigranten uit deze landen meer dan verdubbeld (van 7,7% naar 18%).

Roemenen en Bulgaren
Het ABU-onderzoek bevestigt eerdere signalen dat er onder uitzendorganisaties weinig belangstelling is voor Roemeense en Bulgaarse arbeidskrachten. Vanaf 1 januari 2014 is de Nederlandse arbeidsmarkt vrij toegankelijk voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije. Maar veel belangstelling hebben de ABU-uitzendondernemingen (nog) niet. Op de vraag of de uitzenders van plan zijn straks in die landen arbeidskrachten te werven, antwoordt 87% negatief. De overige 13% geeft aan in een van de twee of allebei de landen werknemers te gaan zoeken.

Zorgelijk
Ondanks deze geringe belangstelling maakt de ABU zich zorgen over de migrantenstroom die mogelijk op gang komt als straks de grenzen open gaan. Jurriën Koops: “Ik zie gebeuren dat veel gelukzoekers uit die landen op de bonnefooi hier naar toe komen. Dat maakt de stroom ongecontroleerd en onbeheersbaar. En dat maakt dat zij gemakkelijker in handen vallen van malafide arbeidsbemiddelaars. We moeten dat zien te voorkomen door goede informatie maar vooral door keihard optreden gericht tegen tientallen malafide ondernemers die schuil gaan achter honderden malafide uitzendbureaus. Daar ligt een belangrijke taak voor de Inspectie SZW in samenwerking met de SNCU (Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten) en gemeenten.

Langer verblijf
Het ABU-ledenonderzoek liet verder nog zien dat arbeidsmigranten steeds langer werken in Nederland. Was de gemiddelde verblijfsduur in 2010 9 maanden, in 2011 is dit opgelopen naar 14 maanden. Inmiddels is in 2013 de gemiddelde verblijfsduur van arbeidsmigranten 19 maanden.

Reguliere woning
Tot slot ziet de ABU ook een verandering in de aard van de huisvesting. Het aandeel arbeids-migranten dat is gehuisvest in een reguliere woning steeg van 37% in 2010 naar 63% in 2013. Het aantal dat onderdak vindt op recreatieterreinen daalde in de afgelopen twee jaar van bijna 16% naar 11%.

Van de 500 uitzendondernemingen die lid zijn van de ABU, werken er ongeveer 130 met arbeidsmigranten. In totaal zijn via hen naar schatting jaarlijks zo’n 70.000 arbeidsmigranten in Nederland aan het werk.

Bron: MKB-Nederland / ABU

Zoeken in nieuws

 

Zoekterm

Kennispartners & preferred suppliers